Wat doen Nederlandse gemeenten met de toeristenbelasting?

6 oktober, 2017

Het toerisme in Nederland zit al jaren in de lift. Zo groeide het aantal toeristen dat ons land bezocht vorig jaar met maar liefst 5 procent. Alle verblijfsbezoekers bij elkaar brengen zo’n 11 miljard euro in het laatje. Een deel hiervan zit in de toeristenbelasting die veel gemeenten heffen. Wat houdt deze belasting in en in hoeverre wordt dit geld ook daadwerkelijk goed besteed?

Niet alleen de buitenlandse toerist, ook de vakantieganger in eigen land ontkomt vaak niet aan toeristenbelasting. De taks geldt namelijk voor een overnachting in iedere gemeente, behalve de gemeente waar je zelf ingeschreven staat. Een Amerikaan betaalt toeristenbelasting over een hotelovernachting in Amsterdam, maar een Fries dus ook.

Tarieven en percentages

De tarieven worden door de gemeente zelf bepaald en verschillen daarom nogal. Op veel plekken geldt een vast bedrag per overnachting, in een klein aantal gemeenten (o.a. Amsterdam, Rotterdam en Breda) geldt een vast percentage. Soms kiezen gemeenten ervoor om luxere accommodaties (zoals 4- en 5-sterren hotels) meer te belasten dan goedkopere alternatieven als pensions of hostels. Dit gebeurt bijvoorbeeld in Maastricht.

Aangezien de belasting wordt geheven op elke overnachting, betalen ook kampeerders op een camping toeristenbelasting. Het ligt aan de gemeente of er belasting wordt geheven en welk bedrag of percentage dit is. Vaak staan deze extra kosten aangegeven op de campingwebsite waardoor je niet voor verrassingen komt te staan. Maar als toerist ben je wel benieuwd naar de besteding van het geld. Wat doen gemeenten zoal met de inkomsten van de belasting?

Spreiding in Amsterdam

De landelijke opbrengst van de toeristenbelastingen steeg tussen 2007 en 2016 met bijna 60 procent (van 113 naar 189 miljoen euro). Een derde hiervan gaat naar de grootste toeristentrekker van ons land: Amsterdam. De gemeente van de hoofdstad wil de inkomsten van de belasting vanaf volgend jaar gaan inzetten om de toeristenstroom beter over de stad te verspreiden. Hoe? Door het huidige percentage van 5 procent belasting bovenop de prijs van een overnachting aan te passen. Nieuwe tarieven: 4 procent voor accommodaties buiten het centrum en 6 procent voor accommodaties in het stadshart. Hierdoor hoopt de gemeente minder toeristen in het centrum te verwelkomen.

Andere doeleinden

De extra inkomsten van de belasting zouden goed besteed kunnen worden aan toeristische voorzieningen en infrastructuur zoals extra bankjes, toiletten, fietspaden en zebrapaden. Ook het schoonmaken van drukke stranden en andere publieke plekken kan gefinancierd worden met de belastinginkomsten. Stuk voor stuk logische ideeën waar zowel de inwoner van de gemeente als de toerist bij gebaat is. Maar helaas is de realiteit niet altijd zo rooskleurig.

Toeristenbelasting als melkkoe?

Door de forse groei in toerisme is de toeristenbelasting voor veel gemeenten een belangrijke inkomstenbron geworden. Brancheorganisatie RECRON herkent deze ontwikkeling en pleit voor strengere controle op een nuttige besteding. Volgens Marieke Rosier besteden veel gemeenten de belastinginkomsten nu niet of niet genoeg aan eerder genoemde voorzieningen en diensten. Rosier vindt de toeristenbelasting daarom eerder op een melkkoe lijken. Ook campingeigenaren zijn lang niet altijd blij met de hoge tarieven in hun gemeente en melden dat ze klanten kwijtraken die uitwijken naar campings in goedkopere gemeenten.

Gelukkig zijn er ook positieve uitzonderingen. In Leeuwarden geldt een bescheiden belasting van 1 euro per nacht voor iedereen boven de 5 jaar. De verwachte opbrengst van zo’n 350 duizend euro zal in zijn geheel besteed worden aan fysieke toeristisch voorzieningen, aldus de gemeenteraad.

Bron: De Volkskrant

Wil je geen kampeernieuws meer missen? Schrijf je dan in voor de nieuwsbrief van Eurocampings!